direct naar inhoud van Artikel 12 Groen
Plan: Bedrijventerrein Wolfsveld 2010
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1652.Wolfsveld2010-VA01

Artikel 12 Groen

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen;
  • b. bermen en beplanting;
  • c. wegen en paden;
  • d. calamiteitenuitgang;
  • e. voorzieningen van openbaar nut;
  • f. ontsluiting, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'ontsluiting';
  • g. paviljoen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - paviljoen';
  • h. kunstobjecten;
  • i. speelvoorzieningen;
  • j. waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen, waterpartijen en (ondergrondse) waterbergings- en infiltratievoorzieningen.
  • k. ontwateringssloten;
  • l. goederenluchtbrug, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - goederenluchtbrug'.

12.2 Bouwregels
12.2.1 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. de maximale bouwhoogte van voorzieningen van openbaar nut bedraagt 3 meter;
  • b. de maximale oppervlakte van voorzieningen van openbaar nut bedraagt 6 m²;
  • c. een paviljoen mag uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - paviljoen';
  • d. de maximale bouwhoogte van een paviljoen bedraagt 5 meter;
  • e. de maximale oppervlakte van een paviljoen bedraagt 200 m².

12.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de goederenluchtbrug mag uitsluitend worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van groen - goederenluchtbrug';
  • b. de goederenluchtbrug heeft een minimale bouwhoogte van 5 meter en een maximale bouwhoogte van 12 meter
  • c. de maximale hoogte van lichtmasten bedraagt 12 meter;
  • d. de maximale hoogte van verlichting bedraagt 2 meter;
  • e. de maximale hoogte van speeltoestellen bedraagt 3 meter;
  • f. de maximale hoogte van kunstobjecten bedraagt 5 meter;
  • g. overkappingen zijn niet toegestaan;
  • h. de maximale bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt 1,5 meter.

12.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de goothoogte en/of bouwhoogte, alsmede aan de situering en afmetingen van de bebouwing:

  • a. ter voorkoming van onevenredige aantasting van het straat- en bebouwingsbeeld alsmede de beeldkwaliteit overeenkomstig het Masterplan;
  • b. ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en zich daarop bevindende bouwwerken;
  • c. ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de stedenbouwkundige kwaliteit en de beeldkwaliteit van de directe omgeving;
  • d. ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de verkeersveiligheid;
  • e. ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de sociale veiligheid;
  • f. ter voorkoming van een onevenredige aantasting van de brandveiligheid en rampenbestrijding.

12.4 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. opslag van onbruikbare of althans aan hun oorspronkelijke gebruik onttrokken voorwerpen, goederen, stoffen en materialen en van emballage en/of afval, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • b. het opslaan, opgeslagen houden, storten of lozen van vaste of vloeibare afvalstoffen behoudens voor zover zulks noodzakelijk is in verband met het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;
  • c. parkeerdoeleinden.

12.5 Ontheffing van de gebruiksregels

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 12.4 ten behoeve van:

  • a. tijdelijke opslag van materialen en werktuigen, welke nodig zijn voor de realisering en/of handhaving van de onderhavige bestemming;
  • b. opslag in het kader van het normale onderhoud van de gronden.