Artikel 4. Bedrijf
Beschrijving in hoofdlijnen Binnen het plangebied zijn een aantal ambachtelijke en industriële bedrijven gevestigd naast woningen, detailhandel en panden met een dienstverlenende functie. Deze functiemenging kan in het algemeen leiden tot het ontstaan van in milieuhygiënisch opzicht ongewenste situaties. De in het plangebied aanwezige bedrijven blijken in de praktijk in milieuhygiënisch opzicht niet tot onaanvaardbare overlast te zorgen. In het algemeen geldt echter dat bedrijven niet thuishoren in een centrumgebied, met name in de directe omgeving van een winkelgebied. Aan de hand van de inschaling van de bestaande bedrijven in de Bedrijven en milieuzoneringslijst van de VNG, alsmede het feit dat het hier gaat om een centrumgebied, is bepaald dat alleen de ten tijde van de tervisielegging van het ontwerp bestemmingsplan aanwezige bedrijven zijn toegestaan alsmede bedrijven uit de milieucategorieën 1 en 2. |
4.1. Bestemmingsomschrijving
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
a. industriële en ambachtelijke bedrijven/inrichtingen en bedrijfsactiviteiten die genoemd staan in de lijst van bedrijven opgenomen in dit artikel;
b. industriële en ambachtelijke bedrijven/inrichtingen en bedrijfsactiviteiten die genoemd staan in
milieucategorie 1 en 2 van de Staat van bedrijven (bijlage 1);
c. een bedrijfswoning voor zover vergund, al dan niet bestaand ten tijde van de tervisielegging van het ontwerpbestemmingsplan;
d. productiegebonden detailhandel;
met de daarbij behorende:
e. overige (openbare) nutsvoorzieningen;
f. parkeer- en verkeersvoorzieningen al dan niet ondergronds, met dien verstande dat
parkeervoorzieningen op eigen terrein dienen te worden gerealiseerd;
g. waterhuishoudkundige voorzieningen, waterlopen, waterpartijen en (ondergrondse)
waterbergings- en infiltratievoorzieningen;
h. tuinen, erven en terreinen;
met daaraan ondergeschikt:
i. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
Lijst van bedrijven
|
Bedrijf |
Activiteit |
Adres |
Milieu categorie |
1. |
Ambachtelijke meubelstoffeerderij Vervoort V.O.F. |
Meubelstoffering |
Binderseind 22 (achterzijde nummer 26-28) |
1 |
2. |
Autobedrijf Jan van Houtert |
Autohandelaar |
Virmundtstraat 17 |
2 |
3. |
Willemsen Metaal B.V. |
Leverancier en producent onderdelen machinebouw |
Molenstraat 27 |
3.1 |
4.2. Bouwregels
4.2.1 Algemeen
Op de onderhavige gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de in 4.1 genoemde
doeleinden worden gebouwd en gelden de volgende regels:
a. op de onderhavige gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de in 4.1 genoemde doeleinden worden gebouwd;
b. op onderhavige gronden is het niet toegestaan nieuwe hoofdgebouwen te bouwen, tenzij het vervangende nieuwbouw betreft;
c. op onderhavige gronden is het niet toegestaan meer wooneenheden te realiseren dan reeds vergund al dan niet bestaand ten tijde van de tervisielegging van het ontwerpplan;
d. gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
e. het bebouwingspercentage voor hoofdgebouwen en bijbehorende bouwwerken per bouwperceel mag niet meer bedragen dan 50%;
4.2.2 Bedrijfsgebouwen
Voor het verbouwen of uitbreiden of herbouwen van bedrijfsgebouwen, geen bedrijfswoningen zijnde gelden de volgende bepalingen:
a. de maximale bouw- en goothoogte mag niet meer bedragen dan de maximale vergunde al dan niet bestaande bouw- en goothoogte van het te verbouwen of uit te breiden bedrijfsgebouw.
4.2.3 Bedrijfswoningen
Voor het (ver)bouwen, uitbreiden of herbouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende bepalingen:
a. er is maximaal één bedrijfswoning per bedrijf en per bouwperceel toegestaan voor zover vergund al dan niet bestaand ten tijde van de tervisielegging van het ontwerpplan;
b. de maximale bouw- en goothoogte mag niet meer bedragen dan de maximale vergunde al dan niet bestaande bouw- en goothoogte;
c. de minimale afstand tot de zijdelingse perceelgrens bedraagt 2 meter;
d. de maximale inhoud bedraagt 750 m³.
4.2.4 Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen
Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen gelden de volgende bepalingen:
a. de goothoogte mag maximaal 3,5 meter bedragen;
b. de bouwhoogte mag maximaal 5,5 meter bedragen;
c. de gezamenlijke oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken mag maximaal 80 m² bedragen;
d. bijbehorende bouwwerken dienen minimaal 1 meter achter de voorgevel van het hoofdgebouw te worden gebouwd;
e. in afwijking van het bepaalde onder d. geldt dat erkers, luifels en overkappingen tot 1,20 meter voor de voorgevel van het hoofdgebouw c.q. de voorgevelrooilijn mogen worden gebouwd, mits:
1. de afstand tot de aan de weg gelegen perceelgrens minimaal 2 meter bedraagt;
2. de breedte van een erker niet meer dan 60% en van een luifel niet meer dan 40% van de
bestaande gevel van het hoofdgebouw bedraagt, en;
3. de bouwhoogte maximaal de hoogte van de eerste bouwlaag van het hoofdgebouw bedraagt.
4.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:
a. de bouwhoogte van erf-/terreinafscheidingen mag maximaal 2 meter bedragen, met dien verstande dat deze voor de naar de weg gekeerde gevel niet meer dan 1 meter mag bedragen;
b. de bouwhoogte van verlichtingsarmaturen en lichtmasten mag maximaal 12 meter bedragen;
c. de bouwhoogte van luifels mag maximaal 6 meter bedragen;
d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag maximaal 3 meter bedragen.
4.3. Afwijken van de bouwregels
4.3.1. Specifieke afwijkingsregels
Burgemeester en wethouders kunnen voor gronden met de bestemming “Bedrijf” bij omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels met betrekking tot de maximale goot- en bouwhoogte voor hoofdgebouwen onder de volgende voorwaarden:
a. de maximale goot- en/of bouwhoogte mag met maximaal 1,5 meter worden verhoogd;
b. het bouwplan voldoet aan het beeldkwaliteitplan;
Burgemeester en wethouders kunnen voor gronden met de bestemming “Bedrijf” bij omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels met betrekking tot de afstand van een bijbehorend bouwwerk tot de voorgevelrooilijn onder de volgende voorwaarden:
a. het bijbehorende bouwwerk past betreft de situering en afmetingen in het beeldkwaliteitplan;
b. er vindt geen onevenredige aantasting plaats van de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en de zich daarop bevindende bouwwerken;
c. het bijbehorende bouwwerk is verbonden met het hoofdgebouw aan de voorgevel of zijgevel;
d. het oppervlak is maximaal 20 m2;
e. de goothoogte is maximaal 2,75 meter;
f. het gedeelte van het gebouw dat dichter bij de voorgevelrooilijn wordt gebouwd mag geheel gesloten wanden hebben;
g. de afstand van het bijbehorend bouwwerk tot de grens van de als zodanig bestemde weg is minimaal 1,5 meter;
h. het bouwplan voldoet aan het beeldkwaliteitplan.
4.3.2. Algemene afwijkingsregels
In hoofdstuk 3 van dit bestemmingsplan staan de eventueel van toepassing zijnde algemene afwijkingsregels.
4.4. Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik van de grond en bouwwerken als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, onder c. Wabo wordt in elk geval verstaan:
a. de uitoefening van een andere tak van handel, bedrijf, of dienstverlening dan volgens het bepaalde in 4.1 is toegestaan;
b. BEVI-inrichtingen;
c. detailhandel, met uitzondering van de detailhandel zoals bedoeld in 4.1. onder d.;
d. een verkooppunt voor motorbrandstoffen;
e. seksinrichtingen;
f. wonen, behoudens in de woningen als bedoeld in 4.1 onder c.;
g. buitenopslag / open opslag van goederen, voorwerpen of materialen op de bedrijfspercelen.
4.5. Afwijken van de gebruiksregels
4.5.1. Specifieke afwijkingsregels
Burgmeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder
4.1 onder b. voor de vestiging van een bedrijf dat niet is vermeld in de milieucategorieën 1 en 2 van
de Staat van bedrijven, maar welke qua milieubelasting daaraan gelijkwaardig is, met dien verstande
dat:
a. het bedrijf zowel binnen als buiten het plangebied geen onevenredige milieubelasting mag
opleveren, met name ten aanzien van de in de omgeving gelegen woningen en andere centrumfuncties;
b. bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf de volgende
milieubelastingscomponenten mede in de beoordeling dienen te worden betrokken: geluidshinder, geurproductie, stofuitworp, gevaar, straling, visuele hinder, verontreiniging van lucht, bodem en water en de verkeersaantrekkende werking.
4.6. Wijzigingsbevoegdheden
In hoofdstuk 3 van dit bestemmingsplan staan de eventueel van toepassing zijnde algemene wijzigingsbevoegdheden.