Artikel         Groen

 

Toelichting

De bestemming Groen is toegekend aan die locaties buiten de bestemming Natuur, waar in die mate sprake is van landschappelijke waarde dat een afzonderlijke hierop gerichte bestemming gerechtvaardigd is. Deze gronden hebben tevens altijd de dubbelbestemming Waarde- Natuur en landschap ter bescherming van de waarden van deze gronden.

 

                Bestemmingsomschrijving

De voor “Groen” aangewezen gronden zijn bestemd voor:

1.                    groenvoorzieningen;

2.                    bermen en beplanting;

3.                    langzaamverkeerroutes;

4.                    speelvoorzieningen;

5.                    waterlopen en waterpartijen;

 

met daaraan ondergeschikt:

6.                    verhardingen;

7.                    parkeervoorziening;

 

met de daarbij behorende:

8.               bouwwerken, geen gebouw zijnde

                Bouwregels

1.         Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

 

2.         Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, niet meer dan 2 meter mag bedragen.

                Afwijken van de bouwregels

Algemene afwijkingsregels

In hoofdstuk 3 van dit bestemmingsplan staan de eventueel van toepassing zijnde algemene afwijkingsregels.

                Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bouwwerken, ten behoeve van:

1.         een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;

2.         de verkeersveiligheid;

3.         de sociale veiligheid; en

4.         de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

                Specifieke gebruiksregels

Ten aanzien van het gebruik van gronden en bouwwerken is het bepaalde in artikel 7.10 Wro van toepassing.

                Afwijken van de gebruiksregels

Algemene afwijkingsregels

In hoofdstuk 3 van dit bestemmingsplan staan de eventueel van toepassing zijnde algemene afwijkingsregels.


 

Artikel                        Natuur

 

Toelichting

De bestemming Natuur is toegekend aan gronden waar feitelijk natuur- en/of bosgebied aanwezig is en waar de agrarische functie niet of slechts zeer extensief, met name gericht op natuurbehoud, aanwezig is. Tevens zijn er gronden met deze bestemming gelegen in het zogeheten IGP (Integraal Gebiedsplan Bakel). Op deze gronden is er ook sprake van zandwinning hetgeen ook in deze regels is verwerkt.

 

1.         Bestemmingsomschrijving

De voor “Natuur” aangewezen gronden zijn bestemd voor:

1.         behoud, herstel en/of ontwikkeling van de natuurwaarden;

2.         behoud, herstel en/of ontwikkeling van bos;

3.         behoud, herstel en/of ontwikkeling van de landschappelijke waarden;

4.         de instandhouding van de aanwezige natuurlijke en abiotische waarden;

5.         natuurontwikkeling;

6.         (onverharde) paden, wegen en parkeervoorzieningen, voor zover reeds bestaand ten tijde van de tervisielegging van het ontwerpbestemmingsplan;

7.         water en waterhuishoudkundige voorzieningen;

8.         extensief recreatief medegebruik;

 

 

2.         Bouwregels

2.1.      Algemeen

Op of in de in dit artikel bedoelde gronden mag gebouwd worden onder de volgende voorwaarden:

1.            er mogen geen bouwwerken worden opgericht;

 

3.         Afwijken van de bouwregels

 

Specifieke afwijkingsregels

 

3.1.      Plaatsen van hekwerken

Burgemeester en wethouders kunnen voor gronden met de bestemming Natuur bij omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor het plaatsen van hekwerken van maximaal 2,5 meter, voor de volgende doeleinden:

1.         illegale vuilstorting tegengaan om zo het ecologische evenwicht te bewaren;

2.         begrazing van bossen tegengaan door paarden etc.

 

Algemene afwijkingsregels

In hoofdstuk 3 van dit bestemmingsplan staan de eventueel van toepassing zijnde algemene afwijkingsregels.

 

4.         Specifieke gebruiksregels

De volgende werken en / of werkzaamheden worden in ieder geval aangemerkt als met de bestemming strijdig gebruik en zijn dus verboden:           

1.         Diepploegen en diepwoelen

2.         Aanleggen van nieuwe drainage

3.         Aanbrengen van teeltondersteunende voorzieningen

4.         Aanleggen van mest- of waterbassins van folie

5.         Gebruik ten behoeve van agrarische bedrijfsvoering

 

5.         Afwijken van de gebruiksregels

 

Specifieke afwijkingsregels

 

5.1.      Begrazing natuurgebied door vee

Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van de gebruiksregels voor het begrazen van natuurgebied door vee onder de voorwaarde dat uit een beheersplan van de eigenaar en/of beherende instantie blijkt dat begrazing gewenst is uit het oogpunt van de doelstelling van de bestemming.

 

Algemene afwijkingsregels

In hoofdstuk 3 van dit bestemmingsplan staan de eventueel van toepassing zijnde algemene afwijkingsregels.

 

 

6.         Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of van werkzaamheden

 

Verboden uitvoering van werken en/of werkzaamheden

Het is verboden op of in de in 1. bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (omgevingsvergunning) de volgende werken, niet zijnde bouwwerkzaamheden uit te voeren:

1.         Afgraven, vergraven en egaliseren van de bodem;

2.         Ophogen van de bodem;

3.         Aanleggen of verwijderen van kaden en/of het aanbrengen van veranderingen in bestaande kaden;

4.         Graven, verbreden, verbeteren of dempen van sloten, greppels of natuurlijke poelen;

5.         Aanbrengen van oppervlakteverhardingen;

6.         Aanbrengen van ondergrondse en bovengrondse energie-, transport en/of communicatieleidingen;

7.         Rooien van houtgewas;

8.         Het aanplanten van houtgewas ten behoeve van een boomteeltbedrijf.

 

Voorwaarden

1.            Deze werken en/of werkzaamheden zijn slechts toelaatbaar indien zij verband houden met de doeleinden, die aan de bestemming zijn toegekend en door het uitvoeren van deze werken of werkzaamheden noch direct noch indirect onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden en kwaliteiten van de desbetreffende gronden zoals omschreven in de (dubbel)bestemming met eventuele aanduiding, en in het beeldkwaliteitplan.

2.            Het realiseren van een natuurlijk poel, zoals gesteld onder 4. is mogelijk, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

a. Er is minstens 1 flauw talud van 1:6. Bij voorkeur aan de noordzijde i.v.m. optimale bezonning;

b. De poel een maximale diepte heeft van 2 meter onder het maaiveld;

c. De Gemiddelde Laagste Grondwaterstand (GLG) niet dieper is dan 1,5 meter onder het maaiveld;

d. De maximale oppervlakte van het uit te graven grondvlak is niet groter dan 250 m2;

e. Er maximaal 500 m3 grondverplaatsing plaatsvinden;

f. Indien bos gerooid  moet worden ten behoeve van de poel wordt dit gecompenseerd, hiervoor moet een planvoorstel worden overlegd;

g. Er wordt direct noch indirect onevenredige afbreuk gedaan aan de overige waarden en kwaliteiten van desbetreffende gronden zoals omschreven in de (dubbel) bestemming met eventuele aanduiding en past in het beeldkwaliteitplan.

 

Uitzonderingen

Geen omgevingsvergunning is vereist voor normaal onderhoud en beheer.

 

7.         Wijzigingsbevoegdheden

 

Algemene wijzigingsbevoegdheden

In hoofdstuk 4 van dit bestemmingsplan staan de eventueel van toepassing zijnde algemene wijzigingsbevoegdheden.